- Lees ieder woord met de betekenis en daarna de voorbeeldzin eronder. Zie je dat je het nieuwe (dikgedrukte) woord dus kunt vervangen door de betekenis?
- Als je 5 woorden van de les hebt gehad, kijk je of je ze alle 5 nog weet. En aan het eind check je alle woorden nogmaals.
- Ga dan door naar de bijbehorende oefeningen en doe de Test je Kennis toets.
1. anekdote = grappig verhaaltje
Iedereen moest lachen om de anekdote over haar grote zus die altijd maar voor de spiegel staat.
2. amusant = grappig, vermakelijk
Ze weet het ook altijd op zo’n amusante manier te vertellen.
3. achtereenvolgens = achter elkaar
Daarna deed ze achtereenvolgens drie docenten werkelijk perfect na!
4. persiflage = spottende imitatie
We lagen allemaal dubbel om de persiflage!
5. hilarisch = super grappig
Vooral hoe ze meester Evert nadeed was hilarisch.
6. beamen = bevestigen, zeggen dat je het ermee eens bent
Zelfs de juf beaamde dat het heel goed nagespeeld was.
7. compilatie = verzameling
Het is jammer dat niemand foto’s heeft genomen, anders hadden we een mooie compilatie van haar typetjes kunnen maken.
8. begaafd = talentvol
Ze is werkelijk een begaafd actrice!
9. magnifiek = heel bijzonder, fantastisch
Kortom, het was al met al een magnifiek optreden.
10. alternatief = iets anders, een andere optie
Het was een mooi alternatief voor de saaie sommetjes die we anders hadden moeten doen.
Ken je de woordjes? Ga dan door naar de oefeningen van les 2 >>.
Deze oefeningen helpen je de woordjes goed te onthouden en zijn een prima voorbereiding voor de test.